Geen uitstap naar de kinderboerderij voor midiman volgende week.
Hij was er nochtans opgetogen over: ze zouden met de klas naar de kinderboerderij gaan. Een heel evenement voor een 4-jarige! Hij vond het gewoonweg prachtig: ze konden de dieren voeren, zouden met de bus gaan, konden spelen in de speeltuin,… Kortom: hij keek ernaar uit. En toch is er sinds vandaag één grote desillusie… Midiman zal niet meegaan met zijn klasje. Gisteren vertelde juf het me al dat ze het niet zag zitten. Het was zo’n vluchtig gesprekje bij het afzetten, zonder meer.
Ik was aangedaan. Had mijn kind niet even veel rechten als een ander? Waarom zou hij niet meekunnen? Hadden ze geen zin om toezicht te houden op mijn kerel? Zijn pinda-allergie was het probleem. Weeral! Zucht… We bedachten mogelijkheden om midiman toch mee te laten gaan. Ik lag wakker, manlief lag wakker, zelfs grootmoeke lag ervan wakker. Die laatste belde vanochtend. “Als ik nu eens meega en toezicht op hem houd?” Ik was mijn moeder dankbaar. Ze ziet midiman doodgraag, en heeft er net als ons verdriet over als hij weeral eens iets moet missen door zijn allergie. Het leek me echt een opoffering voor haar, maar ze was bereid het te doen.
Om kwart voor vier pikte ik midiman op. Juf hield me staande. Ze begon over de uitstap. Ik voelde me ongemakkelijk, want dit was een gevoelig punt… Ze legde uit waarom het niet kon: het ging er heel los aan toe, en er waren veel risicofactoren: het veevoeder, het koekjes bakken, het eten van de andere kinderen,… Ik knikte, terwijl mijn ogen zich ongewild vulden met tranen. Ik lachte eens schaapachtig en deed alsof ik midiman niet direct terug vond. Gewoon, om tijd te rekken vooraleer ik terug iets kon zeggen. Juf raakte me aan op mijn arm. “Ik zou ook liever al mijn schaapjes bij me hebben, maar het risico is té groot.” Ik besefte dat ze gelijk had. Ik vroeg haar om eerlijk te zijn tegen midiman, en ook tegen de andere kindjes. Ook voor midiman was dat belangrijk. We riepen hem bij ons, en juf legde het hem uit. Hij wilde gepakt worden, en begroef zijn hoofd op mijn schouder. Kinderverdriet zonder tranen. Hij mort er nooit over, hij weet dat als wij een beslissing nemen, dat het goed is zo. Hij kent de angst van het opzwellen van zijn ogen en lippen, hij kent het benauwde gevoel, hij kan zich levendig inbeelden hoe zijn huid jeukt en schrijnt… Midiman keek moedig naar juf. “Jammer” Meer zei hij niet. Ik zei hem dat ik het ook heel erg vond. Ik beloofde hem dat ik voor hem ook een uitstapje zou doen, alleen met hem, iets heel speciaals.
We gingen naar huis, hij achterop de fiets, ik trapte tegen de wind in. Ik belde mijn moeder, om net als mijn kind even getroost te worden. “Ik wip binnen”, zei ze. En zo zaten we een half uur later te eten. Ze keek naar midiman. “Weet je?” zei ze, “Ik ga die dag varen met jou op de Schelde, in een echte boot”. Midiman keek op. “Echt?” “Ja”, zei mijn moeder. “En erna gaan we samen iets drinken en kopen we een fijn boek bij Fnac”. Midiman keek opgelucht. Dit leek hem wel wat.
Mijn lieve moeder, ik zeg het véél te weinig, en je leest hier niet, maar ik ben je erg dankbaar. Je bent een ongelooflijke vrouw!
Jammer, kon het echt niet dat er iemand extra mee ging om toezicht op hem te houden?
Tja, het was een moeilijke…We hebben zelfs raad gevraagd aan de arts, en die vond het ook wat drastisch. Maar aan de andere kant zou hij niet doorzetten en aandringen, want “wat als?”….
Maar het is echt wel erg voor hem…
Jullie midiman kennende, en wetende hoe hij achteruit deinsde toen ik hem doopsuikertjes aanbood, kent zelf het gevaar wel, medunkt. Maar anderzijds, als hij al een reactie krijgt als zijn broertje mezenbolletjes heeft vastgehad, dan zit het gevaar misschien toch ook in een klein hoekje (klasgenootje voedert papegaai met pinda’s, klasgenootje geeft wat later in de speeltuin een hand aan midiman…) Een moeilijke keuze…