“Zijn dat zijn tanden?” Miniman kijkt vragend onze richting uit. “Waar?” antwoordt maximan. “Hieje” antwoordt de jongste telg vol overtuiging, en wijst op de potentiële tandenrij. Midiman en maximan kijken naar de aangewezen plek. Manlief kijkt naar mij, en fronst zijn wenkbrauwen.
“Wat is dit moeke?” Ik kijk naar midiman. Voor ik kan antwoorden roept miniman “Dat is zijn piemel, weet jij dat dan niet?” Hij lacht om zijn fantastisch gevoel voor humor. Sta me toe te zeggen dat ik dat zo charmant vind aan peuters, die denken dat ze zoooo grappig kunnen zijn, en lachen om ter hardst met de stomste dingen eerst. “Is dat echt?” checkt maximan bij mij. Ik zucht en kijk naar manlief. Ik krijg niet de tijd om te antwoorden, want midiman voegt er dan heel resoluut aan toe dat er dus pipi uit moet komen. En als je pipi zegt, moet je ook kaka zeggen (poep, voor de Nederlanders onder ons :-)). Ze krijgen de slappe lach, mijn troepers.
Ik kijk naar manlief, en zucht. Hij schenkt mijn wijnglas nog eens vol, knipoogt, en zegt “Zullen we de volgende keer wachten om mosselen te eten tot ze in bed liggen?”.
proest!
Zal ik ook posten wat ze zeggen over oesters? Of Escargots? 🙂
Hahahahahaha. Ik kan niet wachten tot ik zelf live getuige kan zijn van dit soort fantastische gesprekken 🙂
Hou je maar vast, Teun is niet veel jonger dan miniman 🙂
En hier nog een proest. Ik dacht al dat het om een of ander beestje uit de tuin ging ;-).
Vraag maar aan mevrouw onderdeappelboom: veel leeft er niet in onze tuin 🙂